6 soorten activa in de boekhouding van kleine bedrijven

Als je iets bezit dat je kunt verkopen, dan is het een actief. Elk klein bedrijf heeft ze: denk aan een glasfabrikant met gespecialiseerde apparatuur of een particulier die handelt in zeldzame ruilkaarten. "Wat zijn jullie activa?" is een veelgestelde vraag, vooral tijdens de beoordeling van de bedrijfsfinanciën. Laten we eens kijken hoe deze kunnen worden geclassificeerd en gecategoriseerd.

Wat zijn activa?

Activa zijn de middelen die een bedrijf of onderneming bezit met de verwachting dat ze nu inkomsten genereren of toekomstige economische voordelen opleveren. Naast passiva en eigen vermogen vormen activa een van de drie pijlers van de boekhoudkundige vergelijking van een bedrijf.

Op een balans staan activa links vermeld en passiva rechts. De meest liquide activa staan bovenaan, gevolgd door de minst liquide onderaan de balans.

Hoe worden activa geclassificeerd?

Verschillende activa dienen verschillende doeleinden. Op een balans worden activa geclassificeerd op basis van:

• Converteerbaarheid. Hoe snel een actief kan worden omgezet in contanten (oftewel geliquideerd).

• Fysieke vorm. Of een actief al dan niet een fysieke vorm heeft (dus fysiek bestaat).

• Gebruik. Hoe het actief wordt gebruikt.

6 soorten activa

• Vlottende activa
• Vaste activa
• Materiële activa
• Immateriële activa
• Operationele activa
• Niet-operationele activa

Binnen elk van deze drie classificaties, converteerbaarheid, fysieke vorm en gebruik, zijn er twee categorieën, voor een totaal van zes categorieën. Er zijn "vlottende" en "vaste" converteerbaarheidsactiva, "materiële" en "immateriële" fysieke activa, en "operationele" en "niet-operationele" gebruiksactiva.

Een actief valt meestal in één categorie per classificatie. Een actief kan bijvoorbeeld worden omschreven als een vlottend, materieel operationeel actief. Laten we elke categorie nader bekijken:

Categorieën van converteerbaarheidsactiva

1. Vlottende activa
2. Vaste activa

Wanneer we het hebben over converteerbaarheid, bedoelen we het omzetten van activa naar geld. Activa die onder converteerbaarheid worden geclassificeerd zijn vlottende of vaste activa. Vlottende activa worden als eerste op een balans vermeld, gevolgd door vaste activa. Zo verschillen ze van elkaar:

1. Vlottende activa

Vlottende activa zijn kortetermijnactiva die binnen een jaar kunnen worden gebruikt of omgezet in contanten. Vlottende activa omvatten kas en kasequivalenten, debiteuren, voorraad, verhandelbare effecten, vooruitbetaalde kosten en kantoorbenodigdheden. Voor een woonaccesoires bedrijf kunnen vlottende activa hun voorraad handgemaakte tapijten omvatten, evenals computers om hun medewerkers te helpen hun werk te doen. Ze kunnen ook andere voorraad bevatten die ze vooraf hebben betaald maar nog niet hebben ontvangen, bijvoorbeeld handgemaakte kussens uit Mali die binnenkort worden aangevuld.

2. Vaste activa

Vaste activa kunnen niet zo snel of gemakkelijk worden omgezet in contanten, maar het is belangrijk om ze vast te houden omdat ze toekomstige economische voordelen opleveren. Met andere woorden, vaste activa zijn waardevol, maar je kunt er niet onmiddellijk geld mee verdienen. Vaste activa omvatten "materiële vaste activa" (MVA), onroerend goed, langetermijninvesteringen, patenten, auteursrechten en goodwill. Als het woonaccesoires bedrijf bijvoorbeeld besluit om enkele ontwerpen van hun ambachtslieden te laten beschermen door auteursrecht, zouden die auteursrechten worden geclassificeerd als vaste activa.

Categorieën van fysieke activa

1. Materiële activa
2. Immateriële activa

Fysieke vorm is gewoon een deftige manier om te zeggen: "Kun je het aanraken met je hand?" Afhankelijk van hoe je deze vraag beantwoordt, worden activa gecategoriseerd als materieel (kan worden aangeraakt) of immaterieel (kan niet worden aangeraakt). Op een balans worden materiële en immateriële activa vermeld als vlottende of vaste activa, met materiële activa eerst, gevolgd door immateriële activa.

1. Materiële activa

Materiële activa zijn die welke fysiek bestaan, die je kunt aanraken met je hand. Materiële activa omvatten vaste activa, zoals onroerend goed, grond, voorraad, kantoorbenodigdheden, enz., en vlottende activa, zoals contanten. De materiële activa van het woonaccessoirebedrijf omvatten zijn handgemaakte tapijten en kussens en de rest van zijn verkoopbare koopwaar.

2. Immateriële activa

Immateriële activa zijn die zonder fysieke vorm, waaronder intellectueel eigendom, handelsmerken, vooruitbetaalde kosten, goodwill en langetermijninvesteringen. Een immaterieel actief draagt niet direct bij aan het dagelijks functioneren van een bedrijf, maar kan helpen de waarde van het bedrijf op lange termijn te verhogen. Immateriële activa zijn het moeilijkst te waarderen omdat ze vaak geen gangbare marktprijs hebben. Sommige, zoals goodwill (gekwantificeerd als het verschil tussen de verkoopprijs van een bedrijf en zijn aandelenkoers bij aankoop), kunnen alleen een geldwaarde krijgen toegewezen wanneer een bedrijf wordt gekocht of verkocht.

Categorieën van gebruiksactiva

1. Operationele activa
2. Niet-operationele activa

Activa kunnen worden gecategoriseerd als operationele en niet-operationele activa op basis van hun gebruik. Op een balans verschijnen operationele activa eerst, en niet-operationele activa als laatste.

1. Operationele activa

Operationele activa zijn die welke essentieel zijn voor de bedrijfsvoering van een onderneming. "Operationeel" verwijst in dit geval naar dagelijkse functies. Voor het woonaccesoires bedrijf kunnen operationele activa computers omvatten voor e-commerce functionaliteit en alles wat ze nodig hebben om wereldwijde ambachtslieden te bezoeken en hun waren in te kopen. Andere operationele activa kunnen contanten, debiteuren, voorraad, apparatuur, fabrieksruimte, onroerend goed en machines omvatten.

2. Niet-operationele activa

Niet-operationele activa worden niet dagelijks gebruikt, maar helpen wel inkomsten te genereren. Stel je bent bijvoorbeeld een boer met braakliggend land. Je gebruikt het nu niet, maar je zou het in de toekomst kunnen gebruiken of verkopen. Het woonaccessoirebedrijf kan bijvoorbeeld ambachtslieden in andere landen vooraf betalen voor producten voordat ze zijn geproduceerd. Dit telt als een te ontvangen lening en valt onder niet-operationele activa. Andere niet-operationele activa omvatten kortetermijninvesteringen, verhandelbare effecten en te ontvangen leningen.